Wereldreis van Huub & Elke

Last but not Least: NEPAL!!

Na Sri Lanka hadden we 4 dagen de tijd om de metropool Hong Kong (zie foto's) te ontdekken. Vervolgens gingen we van het hypermoderne Hong Kong naar het 'iets' minder moderne Kathmandu.

We hadden 2 dagen de tijd om aan het Nepalese verkeer, het stof, de rochelende en spugende mensen en de drukte te wennen. Na 2 dagen begon de ware beproeving. Omdat we de Langtang Trek hadden uitgekozen als hike moesten we 10 uur in een lokale bus, om een afstand van 117 kilometer te overbruggen. Na 2 uur zagen we allemaal mensen in het ravijn turen....wij natuurlijk vanuit de bus meeturen...ja, hoor daar lag 'gewoon' een bus in het ravijn. Verder zaten er nog wat bussen vast in de modder of ze bliezen hun motor op tijdens het omhoog rijden van de weg...het waren 10 spannende uren, maar we kwamen levend in Syaphrubesie aan. Dit dorpje is het startpunt van onze 6-daagse trektocht door de Himalayas.

Dag 1: Na een goeie nachtrust gaat onze trekking beginnen. Met onze gids gaan we aan de wandel. Tot de lunchpauze gaat het eigenlijk best easy. Elke juichte te vroeg, het zware stuk moest nog komen. Gelukkig bereiken we redelijk optijd onze slaapplaats : Lama Hotel (2420 m.).

Dag 2: gaat vooral door de bossen. We zien veel apen, verschillende vogels en prachtige rhodondendrons en lopen langs een rivier die van watervalletjes aan elkaar hangt. De overnachting is in het dorpje: Langtang op 3475 m.

Dag 3: is een korte dag, maar ook een prachtige. We hebben geluk met het weer (het is stralend). We zijn aangekomen in Kyangjin-Gomba op 3850 m. Wat een schitterend uitzicht heb je hier! Besneeuwde bergtoppen overal waar je kijkt! Hier hebben we gerelaxt en uitgerust en lekker in het zonnetje genoten van het uitzicht, daar doe je het voor!

Dag 4: Allebei niet zo goed geslapen (het is ijskoud ’s nachts) en we moesten er ook nog op tijd uit! Want er was nog een bergtop te beklimmen : de Kyanjin Ri (ca. 4400 m). Deze klim ging gelijk (bijna gevaarlijk) steil ophoog! Zo steil dat bij de eerste ‘break’ Elke besloot om terug te gaan naar ons ‘base-camp’. Een verstandig besluit, het was nog zeker 2 uur ploeteren (was erg zwaar) voor de top bereikt was!! De beloning was er wel naar. Je bent nog dichter bij de Himalaya toppen en doordat de zon net was opgekomen, maakte de lichtinval het nog net iets specialer. Daarna naar beneden. Een Nepaleze brunch gehad en terug naar het dorp Langtang.

Dag 5: Vandaag was het verder afdalen over bekend terrein we liepen vanaf Langtang naar Bamboo 2 dorpjes waar we de weg omhoog ook hadden aangedaan. Toch lijkt het een totaal andere weg… In plaats van door de Vallei naar boven te kijken, kijken we nu van boven de groen vallei in; sprookjesachtig.

Dag 6: Van Bamboo terug naar het beginpunt Syaphrubesie. Deze tocht duurde ongeveer 3,5 uur, een kort dagje dus. Gelukkig maar want Elke had zich gisteren (aan het eind van dag 5) verzwikt en moest lopen met een ‘dik ei’ op de enkel. In Syaphrubesie konden we uitrusten van deze 6 daagse trek tocht en hebben we onszelf op een biertje en lekker eten getrakteerd. Dat hadden we wel verdiend.

De volgende dag was de dag van de beruchte busreis… Het was 9 uur ‘billenknijpen’ geblazen in een oude stinkbus die rakelings over de randen van de afgrond reed. Gelukkig goed aangekomen in Kathmandu. De dag daaropvolgend gingen we wederom met een bus (dit keer een wat betere ‘toeristenbus’) naar Pokhara. Een leuke stad (2e stad van Nepal) aan de oevers van een meer tegen het Annapurnagebergte aan. Hier hebben we Elke’s verjaardag gevierd en lekker uit-eten geweest. Verder hebben we in Pokhara de ‘World Peace Pagoda’ (een Boedistische tempel) bezocht, Pasen gevierd en hebben ons langzaam mentaal voorbereid op de terugreis naar ons koude kikkerlandje (waar het schitterend weer blijkt te zijn).

Terug in Kathmandu was het erg slecht weer, maar dat merk je niet als je de laatste ‘dollars’ op maakt in restaurantjes en café-tjes. Na de nodige souvenir-shopperij was het backpack in pakken en klaarmaken voor de terugreis.

Onze laatste dag, was iets minder leuk dan we ons hadden voorgesteld. Deze dag stond in het teken van een nationale oppositie partij: met motto: Geen gemotoriseerd vervoer en alle winkels dicht… Niet handig als je nog wat ditjes-en-datjes wil kopen en naar het vliegveld wil… Uiteindelijk goed gekomen (we konden mee met een ‘pick-up’ van een ander hotel (maar dan wel 6 uur eerder dan gepland)) en ongeveer 7 uur (vertraging) gewacht op het vliegveld. In het vliegtuig lekker geslapen tot Hongkong. Hier overstappen, koffie drinken, paar uur wachten en een 13,5 uur durende vlucht naar London, in London eerst een terminal wissel, door beveiliging ook weer even wachten bij de gate en daarna eindelijk naar Amsterdam en later Oldenzaal! Waar ons een warm onthaal te wachten stond!!

Oost, west, thuis best!

Sea to Summit

Na een nachtelijke vlucht vanuit Bangkok kwamen we om 02:10 uur aan in het hotel in Negombo. Alles was donker dus maar snel naar bed. 's Morgens hadden we ontbijt met zeezicht en een dag de tijd om aan de Sri Lankaanse hitte te wennen.

De volgende dag direct avontuur: de lokale bus naar Kandy. Een ritje van 4 uur in een bommetje, bommetje, bommetje volle bus, bijna niet leuk meer, maar wel weer een ervaring rijker. Vanuit Kandy hebben we een 2-daagse trekking gedaan in de 'Knuckles Ranges' een bergachtig Nationaal Park. We sliepen in een tent tussen de theeplantages.

Tijdens de hike waren we uitgenodigd door een 'local' om 's avonds een ceremonie bij te wonen in zijn dorp. Leek ons wel leuk... Ja zei ie: kom maar om een uur of 03:30 uur dan is de ceremonie op z'n hoogtepunt!? Zo gezegd , zo gedaan...het was heel bijzonder: er was getrommel en gezang in het holst van de nacht met overal fakkels; mensen werden 'bevangen' door de goden en werden luid krijsend en van zich afschoppend 'afgevoerd' om af te koelen. Ten slotte werd bij het krieken van de dag 'een God' op een brandstapel verbrand en was er vuurwerk: nu was het hele dorp weer in het reine...(Het was allemaal best intimiderend en wij waren de enige 2 blanken en werden door het hele dorp met grote ogen aangekeken, daarom hebben we (ook uit respect) geen foto's gemaakt van dit schouwspel). Na de zonsopgang kregen we een heerlijk traditioneel ontbijt en hebben we tussen de theeplantages gelopen, fantastisch groen!

Terug in Kandy was het even bijkomen, maar na een goede nacht rust zijn we verder gaan reizen. Delhouse was de volgende stop. Vanuit hier hebben we het (voor Sri Lankanen heel belangrijke) bedevaartsoord 'Adams Peak' bezocht. Boven op een berg staat een tempel en die kun je bezoeken. Je moet er echter wel 5200 treden voor beklimmen. Omdat de zonsopkomst geweldig moet zijn vanaf boven op de berg (ca. 2300 m. +NAP) moesten we er weer vroeg uit: om 02:30 uur hadden we de bergschoenen alweer aan! Het viel allemaal niet mee, maar je krijgt er wel wat voor terug! Een prachtige zonsopgang! En overal Sri Lankanen van 8 tot 80 jaar die aan het ploeteren waren deze berg op te komen (soms op blote voeten).

Vanuit DelHouse zijn we per trein naar Ella gereisd, ook een bergdorpje midden tussen de vele theeplantages. Onderweg hebben we genoten van al het groen en vele vergezichten. Na 2 nachten Ella hadden we genoeg van het berglandschap en zijn we richting de Zuid-kust gereisd: Tangalla!

We hadden een prachtig plekje uitgezocht (voor eigenlijk iets teveel geld) aan een ongerept strand. Hier hebben we een paar dagen gerelaxed en daarna verder de Zuid-kust afgereisd in Westelijke richting.

Van een 'Welschman' die we in Kandy hadden ontmoet hadden we een adresje gekregen in Midigama (Ram's) een heel klein dorpje wat bekend staat om haar surfcultuur. Dit was een schot in de roos! Zowel budgettechnisch als plezier. Midden tussen de surfers heerlijk niets doen. Af en toe een beetje zwemmen, lekkere curry eten, boekje lezen, je kent het wel, EN surfen natuurlijk!

We hebben ook nog de kustplaatsjes Welligama, Mirissa en Unawatuna aangedaan. Maar na al het strand waren we weer toe aan iets cultureels: een oud koloniaal Nederlands huis omgebouwd tot hotel; in de oude VOC-stad Galle. Hier hebben we door de straatjes gelopen en over de brede muren van het Fort gestruind wat de Nederlanders hier 400 jaar geleden hebben gebouwd. Stukje Hollands Glorie in Sri Lanka. Vanuit 'Huize Weltevreden' zijn weer naar Negombo gereisd. Onderweg nog drie andere Nederlanders tegengekomen waar we de laatste dag(en) in Negombo nog een leuke tijd hebben gehad.

Nu op naar HongKong!

Angkor What!?

Onze eerste dagen in Cambodja hebben we doorgebracht in Kratie. Een klein, slaperig stadje aan de oever van de Mekong. We zijn naar Kratie toe gegaan omdat we een deel van de 'Discovery Trail' willen gaan lopen. Het deel van de trail dat we gaan lopen is op het eiland 'Koh Trong', te bereiken d.m.v. een krakkemikkig pontje vanuit Kratie. Het eiland is nog niet door het toerisme ontdekt (vandaar de 'Discovery Trail'!?) en de bevolking is er nog erg puur. We werden de hele trail lang toegeroepen en toegezwaaid door jong en oud: 'Hello, hello!' We leken terug te zijn gegaan in de tijd : er zijn geen wegen (auto's), wel ossenkarren en het vee, kippen, kinderen, honden en katten lopen kris kras over het erf.


Vanuit de provincie reizen we naar de hoofdstad : Phnom Penh. Heel wat anders en we moesten even wennen aan de chaotische drukte in de stoffige straten. We waren in Phnom Penh om de zwarte bladzijde in de geschiedenis van Cambodja te bekijken. De Khmer Rouge onder leiding van Pol Pot heeft hier behoorlijk huisgehouden eind jaren 70. Onder de vriendelijke lach van de Cambodjaanse bevolking gaat meer schuil dan je zou denken. We hebben een bezoek gebracht aan S-21 (een martelgevangenis in het centrum van Phnom Penh) en de Killing Field net buiten de stad (hier zijn bijna 20.000 (van de 1,7 miljoen) mensen vermoord in 3 jaar tijd). Daar werden we wel even stil van.


Onze laatste stop in Cambodja is Siem Reap. Deze stad is de toegangspoort naar het symbool van Cambodja : Angkor Wat! 's Morgens om 05:00 uur zijn we vertrokken om de zon te zien opkomen van achter de beroemde tempel. Na al het pracht van deze tempels hadden we 's avonds wel een biertje verdiend in het levendige nachtleven van Siem Reap.


Inmiddels zijn we terug in Bangkok en we maken ons op voor onze reis naar Sri Lanka.

Lao P.D.R. (Please Don't Rush)

Vanuit Luang Prabang zijn we de bergen in getrokken, namelijk Nong Khiaw. Dit is een klein gezellig dorpje aan de rivier de Nam Ou. De perfecte plek om wat te relaxen in de hangmat, je te laten meedrijven met de stroming en wat rond te wandelen om te zien wat daar de dagelijkse sleur is... In kleine dorpjes in Laos is geen ATM te vinden en door een kleine misrekening kunnen we de bus terug niet betalen. Gelukkig was daar een aardige Duitser (ja, ja ze bestaan...) die ons heeft gered en samen hebben we de slingerweg terug naar Luang Prabang overleefd (4 uur met 20 mensen in de laadbak van een Toyota-busje...).

Onze laatste ochtend in Luang Prabang zijn we vroeg opgestaan om de monniken de aalmoezen te zien ophalen, vooral de kleine bedelkindjes zijn indrukwekkend. Als we daarna gaan ontbijten beseffen we wel hoe ontzettend goed we het hebben.


Met een minibus zijn we naar Vang Vieng gegaan (de tubing-hoofdstad van Laos). En natuurlijk zijn ook wij met de binnenband van een traktor de rivier afgedreven, van bar naar bar met uitzicht op prachtige bergen.


Van Vang Vieng is het nog een klein stukje naar Vientiane (de hoofdstad). Na een dagje fietsen (over de Laotiaanse Arc d'Triomphe) en tempels bekijken, hebben we de cocktail(s) 's avonds wel verdiend. De slaapbus brengt ons dan naar Pakse. En als we zeggen slaapbus, dan bedoelen we ook slaapbus (met matrassen, dekens en kussens kunnen wij lekker liggend reizen). Vanuit Pakse hebben we per scooter het Bolaven Plateau (bekend om zijn koffie en watervallen) verkend.


Omdat er in Pakse voor de rest weinig te doen is gaan we verder naar de 4.000 eilanden (Si Phan Don) en wel naar het eiland 'Don Det' (Been there, Don Det). Dit is het party-eiland van Zuid-Laos. . Nadat we een paar dagen goed hebben uitgerust (in de hangmat met een 'Mohito' on-the-site), hebben we vandaag de sprong over de grens gewaagd naar Cambodja (Kratie).

Sawaidee

Onze eerste paar dagen in zuidoost Azië hebben we doorgebracht in Bangkok om een beetje te acclimatiseren en te 'wennen' aan de overheerlijke Thaise keuken.
Wij hebben ruim de tijd genomen om deze mooie stad (wat wij niet hadden verwacht) te verkennen en omdat het Chinees Nieuwjaar (2554) was hebben we dit feest gelijk meegepikt.


Onze eerste busrit ging van Bangkok naar Chiang Mai. Na 10 uur zweten en slechte (en onverstaanbare Thaise comedie's komt ons eindpunt in zicht. Chiang Mai blijkt een relaxte en gezellige stad in het noorden van Thailand. Er zijn veel tempels en leuke marktjes (vooral de zondagmarkt is een aanrader). Ook hier lenen de marktjes zicht uitstekend voor het lekkerste Thaise eten. Om in het reine te komen met Boeddha hebben we de Doi Suthep tempel bezocht. Na 364 treden wordt Elke gezegend door Thaise monnik en hebben we de prachtige gouden tempel bekeken en geld gedoneerd aan Boeddha.

Na veel Pad Thai, Chiang bier en een Thaise massage vervolgen we onze reis naar Chiang Rai. Dit is het kleine zusje van Chiang Mai en zoals het kleine zusjes betaamd minstens zo mooi. Het kleinschalige van dit stadje, maakt het allemaal net iets gemoedelijker. Met de fiets hebben we de omgeving verkend, tussen de rijstvelden en groene heuvels van de 'Golden Triangel' kwamen we per ongeluk bij een olifantenkamp terecht.
Door in cheapy guesthouses te slapen hebben we geld uitgespaard om ons 1 nachtje te laten verwennen in Naga Hill (een prachtig gelegen resort, voor de nieuwsgierigen onder jullie : www.nagahill.com).


En toen was het alweer tijd om Thailand te verlaten. Met een krakkemikkig busje werden we naar Chiang Khong gereden, hier hebben we Thailand achter ons gelaten. Door middel van een bootje zijn we de Mekong overgestoken en waren we in Laos. Het leven is soms zo simpel. Toen de visumsticker in ons paspoort was geplakt en veel gedoe over dollars konden we ons voor een nachtje settelen in Huay Xai (een plaatje waar weinig te zien en te doen is, maar prima om een avondje te relaxen).
De volgende ochtend gingen we op de slowboat richting Luang Prabang. 2 dagen op de Mekong varen, klonk Elke in eerste instantie niet al te aantrekkelijk in de oren, maar het was een prachtige ervaring.


'Het rivierlandschap onderweg is schitterend. Buffels en koeien luieren in de zon totdat ze worden opgejaagd door een hond of wat kinderen. Groepjes mannen staan te vissen met grote netten aan lange stokken of slaan in het water om de vissen op te jagen vanuit een houten bootje dat zo dun is dat het als een mes door het water snijd. Vrouwen wassen kleren, verbouwen pinda's op de zandbanken of zeven wat korreltjes goud uit het water. Op de achtergrond liggen dreigende groene bergen, met hier en daar wat rook dat omhoog kringeld vanuit de jungle....'
Gisteravond hebben we gegeten en gedronken met 2 sportieve Oldenzalers die hier wonen : een beetje Boeskoolstad in Luang Prabang.

Beach-babe & Surf-dude

Vanuit Sydney zijn we vertrokken voor onze roadtrip langs de Eastcoast. Onze ride is een mooie witte Nissan Micra, groot genoeg voor de backpacks en onze 'Villa Naranja' (ons oranje tentje). Door de overstromingen in Brisbane en Queensland hebben we ons plan moeten bijstellen. We kunnen nu niet zo noordelijk als we hadden gewild.

Onze eerste stop is gelijk een topper : Bouddi National Park. Met ons tentje op nog geen 100 meter van het strand. De volgende dag zijn we naar Hunter Valley gereden om wat heerlijke Australische wijntjes te proeven.

Na de roes te hebben uitgeslapen zijn we richting de kust gereden, naar het dorpje met de toepasselijke naam : One Mile Beach. Met een kangeroe als onze nieuwe vriend hebben we hier twee heerlijke relaxte dagen aan het strand gehad.


Via Myall Lakes National Park kwamen we in Old Bar terecht. De camping paste niet in ons budget en toen moesten we opzoek naar een alternatief. Een foute kaart leidde ons naar ons slaapadres (bij een 'te gekke' familie in de tuin aan een rivier). Het was als een aflevering van 'Nu we er toch zijn...'. En toen we er toch waren hebben we maar gelijk vrienden gemaakt en konden we op de terug weer komen kamperen (voor een doos bier).

Na te zijn bekomen van de avonturen bij onze nieuwe familie zoeken we de natuur weer op in het nationale park Hat Head. Hier kunnen we 's avonds een vuurtje stoken en dat in combinatie met een flesje wijn uit Hunter Valley voelen wij ons de koning te rijk.

Het is tijd voor actie : en dat betekend SURFEN!!! Huub heeft z'n eerste surfles gehad in Coffs Harbour. Hang Loose, mate!! Gelijk staan!! Omdat we nog helemaal vol waren van het surfen, besloten we naar Yamba te gaan (surfdorpje aan de pacifische kust). Door samenloop van omstandigheden tijd/locatie/weer is het niet van surfen gekomen...

Dan maar heel wat anders... Nimbin!! Midden in een 'Sauerland-achtig' landschap is dit kleine gezellige hippie dorpje te vinden. Alles is hier nog ouderwets flower-power, groovy en vol kleuren. Op onze camping (The Rainbow Retreat) was het niet anders en konden we op alternatieve wijze van de natuur genieten.

Na een prachtige rit (mooie natuur) kwamen we de volgende dag aan in het 'beruchte' Byron Bay. Het is een echte 'party-town' waar alles nog 'sex, drugs & rock 'n roll (and surfing)' is. Na een gezellig nachtje op een 'Lowlands' achtige camping hebben we besloten 'de matten op te rollen' en de reis (helaas) weer in Zuidelijke richting door te zetten richting Woolgoolga.

In dit dorpje is op zich niet zoveel anders te doen dan lekker luieren aan het strand en/of een strandwandeling maken. Net als in de volgende town: Nambucca Heads.

De dagen erop waren we weer te gast bij de 'crazy family' in Old Bar. Hier hebben we 'Australia-day' gevierd: Picknicken!! 's Avonds hadden we een 'dubbele' poolparty gehad: eerst een biertje drinken aan/in de swimming-pool, daarna een potje poolbiljarten.

Onderweg naar Sydney hebben we nog één tussenstop gehad in 'The Entrance'. Hier hebben we onze Villa voor de laatste keer opgezet. De komende dagen in Sydney gaan we gebruiken als voorbereiding voor ons volgende avontuur: Zuid-Oost Azië.

Downunder

Onze vlucht van Christchurch naar Sydney was een zogenaamde bumpy-ride (veel turbulentie). Maar daar zijn we dan : Australië! Na een ritje met de trein en de ferry werden we warm onthaald door Huub's familie. Na een paar hele gezellige dagen met familie zijn we met de kerst weer op elkaar aangewezen... Kerst is niet zoals in Nederland met ijs, sneeuw en glühwein, maar met zon, zee, strand een een sparkling wine ;-)


Natuurlijk zijn we niet alleen maar op het strand geweest (de verleiding was erg groot), maar we hebben ook Sydney verkend.

Na de kerstdagen zijn we met de trein naar de 'Blue Mountains' geweest (een gebergte in de buurt van Sydney). Hier hebben gekampeerd en natuurlijk gehiked. Jammer genoeg was het weer niet zo best.


Ons volgende ritje (vlucht) ging naar Melbourne, om nog meer familie te bezoeken. Ook hier werden we weer warm (40 graden op oudejaarsdag) onthaald en hebben oud&nieuw gevierd. Melbourne is weer een hele andere stad, maar minstens zo interessant.


En dan gaat het avontuur beginnen!!! We mogen een (veel te grote) auto lenen en gaan de weg op (links Huub, andere LINKS!!!!) Na een nachtje kamperen op Phillip Island, waar we koala's en de pinguin-parade hebben gezien gaan we de Great Ocean Road (B100) op... Wat een fantastische uitzichten en stranden met de '12 Apostels' als hoogtepunt. Toen weer terug gereden naar Melbourne.


Na een lekker etentje met de familie is het weer tijd om afscheid te nemen. Inmiddels zijn we weer in Sydney!

Van de Kiwi's naar de Ozzie's...

Na een heftige pubcrawl (kroegentocht) moesten we vroeg opstaan voor onze verdere reis. Voordat we naar het zuiden van NZ zouden afreizen, hadden we een prachtige boottour door de Milford Sound (Fjordland). Tussen de fjorden doorvarend konden we genieten van het overweldigende landschap.

In het diepe zuiden hebben we Invercargill en Dunedin bezocht, deze steden zijn gesticht door Schotse kolonisten. Twee rustige stadjes waar we van gallerijen naar bierbrouwerijen zijn gegaan.

Via een prachtige rit gingen we terug naar het midden van het land. De hoogste berg van Oceanië : Mt. Cook. En wij kunnen ons hart weer ophalen met : hiken. We hebben een hike gemaakt naar Hooker Valley. 3,5 uur wandelen langs een gletsjermeer en over verschille.nde hangbruggen. 's Avonds genietend van een goede 'Duitse' wijn hebben wij heerlijk geslapen.

Het eind van onze reis begint in zicht te komen, na een korte stop (korte nacht) in Christchurch gaan we verder naar Kaikoura. Daar ging een droom van Elke in vervulling : zwemmen met (wilde) dolfijnen. Om 06:30 uur (tijdens zonsopgang) was Elke aan het zwemmen met ongeveer 60 wilde dolfijnen in de Oceaan. Ongelovelijk gave ervaring!!

Na een dagje relaxen gaan we terug naar Christchurch voor onze laatste dagen NZ. En toen werd het tijd om afscheid te nemen en op naar een nieuw avontuur....AUSTRALIË!!!